Foto: Shutterstock
Vorig jaar hebben 688 bedrijven uit de sector van de farma en de medische technologie voor een recordbedrag van ruim 300 miljoen euro geïnvesteerd in samenwerkingen met zorgverstrekkers, zorginstellingen en patiëntenverenigingen in België. Dat is een aanzienlijke stijging tegenover voorgaande jaren, blijkt donderdag uit het Transparantieregister van betransparent.be.
Sinds 2017 zijn farmaceutische en aanverwante bedrijven verplicht alle betalingen aan te geven die ze doen aan artsen, ziekenhuisdirecteurs, tandartsen, verpleegkundigen en andere gezondheidsbeoefenaars. Daar horen ook ziekenhuizen, artsenpraktijken, patiëntenverenigingen en andere organisaties in de zorgsector bij.
Nooit eerder lag het geïnvesteerde bedrag zo hoog. In 2022 ging het nog om 693 bedrijven, die ruim 268 miljoen euro uitgaven aan Belgische zorgverstrekkers, zorginstellingen en patiëntenverenigingen.
De bedrijven die hun gegevens over 2023 indienden, hebben in totaal voor 303,4 miljoen euro geïnvesteerd in samenwerkingen. Het grootste deel van de investeringen (65 procent) staat geregistreerd als wetenschappelijk onderzoek. Er wordt het vaakst samengewerkt met artsen-specialisten; cardiologen en specialisten interne geneeskunde komen het meest voor in de betalingen.
Het transparantieregister moet een overzicht bieden van welke zorgverstrekker, zorginstelling of patiëntenvereniging welke premies en voordelen ontvangen heeft van een bedrijf. De samenwerkingen kunnen bestaan uit het delen van expertise, het meewerken aan wetenschappelijk onderzoek of het sponsoren van medische opleidingen. Dergelijke samenwerkingen zijn volgens de sector essentieel voor de medische vooruitgang en voor een betere zorgverlening aan patiënten, maar ze mogen de onafhankelijkheid van zorgverstrekkers en -instellingen niet aantasten.
Knack stelde twee jaar geleden wel dat het Transparantieregister kampt met enkele tekortkomingen. Zo werd de inhoud van de bestanden niet gecontroleerd en verscholen artsen zich achter bedrijven. Uittredend minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke benadrukt dat de samenwerking deontologisch verantwoord en transparant moet zijn, om belangenvermenging te vermijden.
bron: belga
Delen via e-mail